De werkgroep Werk en Inkomen van de ASDV heeft met belangstelling kennis genomen van de door het college toegezonden Beleidsregels Inburgering. Wij zijn vanaf het begin door de beleidsmedewerkers van de afdeling WIJZ betrokken bij de invulling van dit beleid, waarvoor onze dank. Door deze samenwerking konden wij meedenken over de regierol die de gemeente krijgt bij de Wet op de Inburgering die op 1 januari 2022 ingaat. Eerder hebben wij een advies uitgebracht op het Beleidsplan Inburgering, waarin wij een aantal aanbevelingen hebben gedaan, die wij nu terugvinden in deze Beleidsregels.
De in Hoofdstuk 1, artikel 2 genoemde Kernpunten vormen ons inziens een juiste basis van waaruit de inburgering kan starten. Wij hebben in ons eerdere advies ook gepleit voor de inzet van tolken en brieven in de eigen taal om de communicatie zo efficiënt mogelijk te laten verlopen. Deze aanbevelingen vinden wij terug in artikel 3.
De Brede Intake, genoemd in Hoofdstuk 2, artikel 4, biedt voldoende ruimte om de kans van slagen van het inburgeringstraject goed in te schatten. Er is aandacht voor de algehele situatie waarin de inburgeraar zich bevindt. Ook wordt in 3.c de inzet van vroegschoolse educatie voor de eventuele kinderen van de cliënt genoemd. Dit zal het traject van de ouder(s) en de integratie van het gezin zeker ten goede komen.
Het Persoonlijk plan Inburgering en Participatie biedt voldoende ruimte voor de inburgeraar om zich uit te spreken over zijn eigen verwachtingen en wensen. Zo wordt duidelijk welke competenties en talenten iemand al heeft. Hierbij moet zeker ook aandacht zijn voor de waardering van eerder in het thuisland behaalde diploma’s. Het is goed dat deze zaken duidelijk worden vastgelegd in een document, het PIP.
Voor de Brede Intake en het PIP staat vermeld dat de gemeente dit zo spoedig mogelijk zal organiseren voor de inburgeraar. Ofschoon de gemeente zich niet wil vastleggen op een termijn, moge het duidelijk zijn dat voor cliënten, die soms al vele jaren wachten om te kunnen beginnen, een snel eerste contact met de consulent heel belangrijk is. Ook als hij of zij nog niet helemaal thuis is in zijn nieuwe woonplaats. Hierbij is het bij statushouders goed om, zo nodig, de maatschappelijke begeleider te betrekken, want deze weet in hoeverre de cliënt is “geland” in zijn/haar gemeente.
In de Artikelsgewijze Toelichting behorend bij de Beleidsregels is in Artikel 11 Voortgangsgesprekken sprake van een inburgeringsconsulent. ‘Deze consulent is de contactpersoon voor zowel de inburgeraar als de ketenpartners, en treedt op als procesbewaker, werkt coachend en ondersteunt op deze wijze de inburgeraar bij het behalen van zijn doelstellingen.’ In de Beleidsregels ontbreekt deze term en wordt niet duidelijk gemaakt in welke fase deze consulent de regierol krijgt. Is dat al tijdens de Brede Intake of pas wanneer het PIP op papier wordt gezet? Voor de inburgeraar is het van groot belang dat hij/zij steeds te maken heeft met een en dezelfde persoon.
De in Hoofdstuk 4, artikel 8 genoemde Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP) biedt de inburgeraar ruim de kans om zich voor te bereiden op het zoeken en vinden van betaald werk. De MAP is belangrijk voor de benodigde zelfstandigheid en het zelfvertrouwen van de cliënt en het is ons inziens dan ook goed dat dit traject afgerond wordt met een uitgebreid eindgesprek.
Het college stelt hoge kwaliteitseisen aan de taalaanbieders en spant zich in om deze ook zo veel mogelijk lokaal te vinden. Ook hiervoor heeft de ASDV in haar eerdere advisering gepleit. Dit beperkt de reiskosten voor inburgeringsplichtigen die in veel gevallen een uitkering ontvangen uit de Participatiewet.
Over Hoofdstuk 8, dat gaat over handhaving en sancties, kunnen we kort zijn. Handhaving en de daarbij behorende boetes kunnen noodzakelijk zijn. Uiteraard hopen wij dat zij niet ingezet hoeven te worden. Dit hangt af van vele factoren, waaronder het goede contact en wederzijds vertrouwen tussen consulent en inburgeraar.
Afsluitend kunnen we constateren dat de Beleidsregels duidelijk maken hoe belangrijk het voor het college is om inburgeraars een eerlijke kans te bieden volwaardig deel te nemen aan onze samenleving. Taal is slechts het begin van een heel integratieproces. Het gaat hier om een nieuwe wet en nieuw beleid waarbij de inburgeraar in zijn/haar waarde blijft en niet, zoals eerder, alles zelf hoeft uit te zoeken.